Omslag - De perfecte storm

De Perfecte Storm

De Perfecte Storm van Jan Rotmans is een klein boekje, 98 bladzijden, waarin de schrijver in 4 hoofdstukken, Lucht, Aarde, Water en Vuur op zoek gaat naar een nieuwe balans.

Lucht

Het begint niet opwekkend. Tijdens het lezen van het eerste hoofdstuk ‘Lucht in de perfecte storm’. zakt de moed me in de schoenen. Er moet zoveel gebeuren en het moet allemaal ook nog eens veel sneller. Volgens Jan Rotmans zitten we sinds de zomer van 2022 in de perfecte storm, waarbij de ene crisis de andere opjaagt. Er is systeemverandering nodig en dat gaat gepaard met chaos. Om tot oplossingen te komen hebben we een andere manier van denken en doen nodig. Boeren moeten met de natuur gaan werken in plaats van tegen de natuur. De economie moet van lineair naar circulair. En het eerlijke verhaal moet worden verteld: we hebben te lang gewacht, we zullen met obstakels te maken krijgen, we kunnen geen enkele vorm van energie uitsluiten, er is heel veel geld nodig om alle prijsverhogingen voor mensen met lage en middeninkomens te compenseren, er moet geïnvesteerd worden in herscholing en er zijn maatregelen nodig om de woningmarkt op gang te krijgen. Er moet een samenhangend plan komen en het echte probleem moet nog komen: de grondstoffencrisis. Aan het eind van het hoofdstuk lezen we dat de ongekende storm waarvan het einde voorlopig nog niet in zicht is, nodig hebben. Niet erg opwekkend maar toch schuilt juist daarin de hoop. We blijken nu eenmaal crises nodig te hebben om écht te kunnen veranderen.

Aarde

In het hoofdstuk ‘Aarde, loskomen uit de polderklei’ wordt duidelijk dat de tijd van polderen voorbij is en we op zoek moeten naar nieuwe vormen van democratie. De huidige systemen lopen tegelijk op meerdere vlakken vast. Het stond zowaar in de Troonrede van 2022, we stuiten door onze manier van leven op economische, sociale en ecologische grenzen. Wat nu? In Nederland stuiten we op een kleilaag van brancheclubs, stuurgroepen en overlegtafels. Polderen werkt goed als het om kleine verschillen gaat, maar wat we nu nodig hebben zijn doorbraken en snel ook. Het moet ingrijpend anders en er moeten pijnlijke beslissingen genomen worden. Nog langer uitstellen maakt het alleen maar erger en duurder. De vele problemen in allerlei sectoren moeten bij de wortel worden aangepakt. De angst voor verandering is groot, want de toekomst lijkt een moeras zonder vaste grond onder de voeten. Transities vragen om afbraak maar dat moet wel samengaan met opbouw, met een heldere visie op waar we heen willen. Er is een omgevingsplan en omgevingsvisie nodig waarbij per gebied integraal wordt gekeken naar energie, water, grondstoffen, bodem, bouw, mobiliteit, natuur en cultuurhistorie. We hebben onorthodoxe oplossingen nodig en dat vraagt om leiders die impopulaire maatregelen durven nemen. We zullen anders moeten gaan leven en burgers moeten meegenomen worden. Het boek vermeldt tal van voorbeelden hoe het anders kan en soms ook al anders gaat.

Jan Rotmans onderscheidt tien transities en noemt de democratische transitie de belangrijkste. 75-80% van de Nederlanders wil een duurzame landbouw en duurzame energie en vindt het belangrijk dat de vervuiler betaalt.

Een transitie heeft een lange aanloop en wordt gevolgd door een periode van chaos die wel tien jaar kan duren. Daarna komt er een nieuwe periode van evenwicht. We moeten ervoor zorgen dat de chaos niet ontaardt in maatschappelijke ontwrichting. Met elkaar moeten we een nieuw verhaal schrijven, een inspirerend vergezicht dat perspectief biedt. De geschiedenis wijst uit dat de wijzer meestal uitslaat naar de goede kant en we er beter uitkomen.

Water

Het hoofdstuk ‘Water, bewegen naar een nieuw bewustzijn’ gaat vooral over onszelf. We kunnen de veranderingen niet alleen buiten onszelf neerleggen. Het grootste probleem zit tussen onze oren. Pas als we de oplossing in onszelf zoeken kan er een cultuuromslag komen en daarna volgt de rest. Bij elk besluit moet een afweging worden gemaakt tussen economische, sociale en natuurwaarden. Technologische innovatie alleen gaat ons niet redden. We moeten onze consumptie verminderen. Als mensen in rijke landen energie besparen, kiezen voor duurzame energie en vervoer én minder vlees en zuivel consumeren, kan dit de CO2 uitstoot met 40 tot 70% verlagen. Hoe minder bezit hoe minder CO2 verbruik. Schokkend om te lezen dat de kledingindustrie net zoveel CO2 uitstoot als de lucht- en scheepvaart samen.

We doen er goed aan om van een groei-economie naar een welzijnseconomie te bewegen. Alle veranderingen beginnen bij onszelf want wij zijn zélf het systeem. Het kan niet zonder een persoonlijke transitie.

De afgelopen decennia stonden in het teken van macht, geld en status, maar wat mensen echt belangrijk vinden gaat over verbinding, betekenis en relaties. In zijn persoonlijk leven ontdekt Jan, dat we kunnen plannen wat we willen maar dat het allemaal niet maakbaar is. Over zijn ervaring in Groenland schrijft hij: ‘Het prachtige en overweldigende landschap maakte me klein nederig. Ik voelde de oerkracht van de natuur zo sterk en ervaarde: ik ben maar nietig en als mens onderdeel van iets groters. Wat ik zag was zó fenomenaal.’ Het maakte hem verdrietig dat we die indrukwekkende en tegelijkertijd kwetsbare natuur om zeep helpen, maar het maakte hem ook boos en strijdbaar. Onder andere vanuit die ervaring hoopt hij mensen te raken, al zijn het er maar een paar in een volle zaal.

Verbonden met het grotere geheel en een universele kracht zorgen we als vanzelf beter voor de plek waar we leven. Om beweging te genereren is integraal bewustzijn nodig waarbij we denken met hoofd èn hart. Minder accent op kennis en meer op wijsheid. Ook het belang van verbinding met de plek, de bodem en de natuur moet nadrukkelijk worden meegenomen in de transitieprocessen. De mens niet langer superieur maar de hoogste tijd voor ecocentrisch denken.

Vuur

De wereld staat in de fik en ik zou het willen blussen. Met deze zin opent Jan hoofdstuk 4, Vuur, ken en benut je veranderkracht. Het is een zin uit het lied ‘Groter Dan Ik’ van Froukje. Maar, zegt hij, het is te groot ials je denkt dat je het alleen moet doen. We zijn onderdeel van een netwerk, een ecosysteem. Iedere transitie begint met een kleine groep en uiteindelijk doet de massa mee. 5 tot 10 % begint en bij 25% bereiken we het kantelpunt. Leg de macht niet buiten jezelf. Wij zíjn het systeem. Jan ontleent zijn optimisme aan het uitzoomen en ziet dat er de afgelopen 35 jaar ontzettend veel is veranderd. We kijken meestal naar de golven en dan vinden we dat het niet snel genoeg gaat, maar de kracht van de onderstroom neemt toe en die bepaalt het ritme van de toekomstige tijd. In de onderstroom werken wereldwijd al bijna een miljard mensen aan een andere samenleving en economie. Onderschat niet de kracht van onderop. Steeds meer mensen willen laten zien hoe het wel kan. In alle sectoren van de samenleving zijn er nieuwe, hoopgevende initiatieven, waarvan er een aantal in het boek worden beschreven. Om het vol te houden raadt Jan je aan om je innerlijke kompas te volgen en te leven vanuit je persoonlijke waarden. Een transitie kan alleen succesvol verlopen vanuit positieve waarden, optimisme, hoop en vertrouwen. Boosheid kun je omzetten in iets positiefs: ik kom in actie en ga er iets aan doen. Dat vuur kunnen we in elkaar aansteken. Doordat instituties, de politiek en alle stelsels en weefsels waarvan we deel uitmaken in een periode van chaos zwakker worden, kunnen kleine groepen en zelfs individuen nu het verschil maken. Jan sluit het boek af met de volgende woorden: Samen kunnen we een enorme kracht vormen en de perfecte storm achter ons laten.

Een compact en lekker lezend boek waarin, zoals we van Jan Rotmans gewend zijn, niets wordt verdoezeld en uiteindelijk voedt het ons toch met optimisme.

Meer boeken bekijken

Ga naar de inhoud