Izak is aan het spelen bij zijn favoriete plas naast de berghelling. Als het begint te regenen, gooit hij het water uit zijn glazen pot in de plas. Hij rent met de sprankelende stroompjes mee die zich naar beneden storten in een waterval, uitkomen in gezwollen rivieren en zich haasten naar de uitgestrekte oceaan.
Waar gaat het water uit mijn glazen pot naartoe? vraagt Izak zich af. Aan de andere kant van de wereld is Kessie dolblij met de regen die op de verdorde velden rond haar dorp valt.
Van de kleinste regendruppel tot de diepste oceaan, deze adembenemende ode aan de cyclus van het water neemt ons mee op zijn wonderbaarlijke reis over de aarde.