Inleiding 10-Puntenplan

Inleiding 10-Puntenplan

Een duurzame wereld voor alle kleinkinderen

Grootouders hebben ervaring met voorspoed én tegenslagen. Ze hebben gezien hoe besluiten gunstig hebben gewerkt voor het verhogen van hun welvaart. Ze voelen echter ook de keerzijde: vroegere foute keuzen en gedrag waarvan ze nu de gevolgen onder ogen moeten zien waar het gaat om de toekomst van volgende generaties. Ombuigingen zijn hard nodig.

Voor grootouders zijn kleinkinderen niet alleen bron van vreugde en geluk, maar ook van verwachting en hoop. Dat betekent dat grootouders voor de vraag staan: wat kunnen wij bijdragen, opdat er ook voor onze kleinkinderen een veilig, gezond en gelukkig bestaan wenkt?

Welzijn toekomstige generaties

Wij willen een bijdrage leveren aan het welzijn van toekomstige generaties. De Grootouders voor het Klimaat hebben een 10 puntenplan opgesteld voor een aanpak met oog op de toekomst van onze kleinkinderen. Het is gericht op de politiek die de keuzes kan maken voor een verandering van het systeem. Een heel belangrijk punt is een wezenlijke versnelling van de energietransitie. Met als uitgangspunt dat iedereen moet kunnen meedoen. Voor de leefomgeving van onze kleinkinderen is ook behoud van biodiversiteit en natuur van wezenlijk belang. Zo brengt biodiversiteitsherstel de klimaatdoelstellingen dichterbij. Naar schatting slaan natuurlijke ecosystemen jaarlijks ongeveer een derde van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen op. Andersom dreigt het snel veranderende klimaat biodiversiteitsverlies steeds meer te verergeren.

Wij grootouders dienen de aarde met een goed perspectief over te dragen aan kleinkinderen. Dat is een opdracht aan ons zelf. Bijdragen aan een beter beheer van ons natuurlijk erfgoed dan wat we er de afgelopen decennia zelf van hebben gemaakt. Dat is realistisch als we er met zijn allen de schouders onder zetten.

Wij zullen als Grootouders voor het Klimaat bij politiek verantwoordelijken, bij Regering en leden van de Tweede Kamer, aandringen om onze punten in klimaatbeleid en regelgeving in te passen.

Wij kunnen ons daarbij baseren op vastgelegde en breed gedragen grondrechten in onze Grondwet, met als motto:

“Neem de Grondwet serieus en verbeter de rechten van toekomstige generaties”.

Artikelen van de Grondwet staan hierbij centraal.

Grondwet Artikel 20 luidt: ‘De bestaanszekerheid der bevolking en spreiding van welvaart zijn voorwerp van zorg der overheid’. Dit artikel brengt het recht op een toereikende levensstandaard tot uitdrukking. Dit cruciale recht voor het leiden van een menswaardig bestaan geldt voor de gehele bevolking, dus ook voor ingezetenen die niet (meer volledig) zelfstandig in hun levensonderhoud kunnen voorzien.

Grondwet Artikel 21 luidt: ‘De zorg van de overheid is gericht op de bewoonbaarheid van het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu’.

Grondwet Artikel 22 omvat onder meer: “De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid”. 2

De samenhang tussen deze artikelen is evident: de overheid dient te zorgen voor bestaanszekerheid van burgers én voor een goede kwaliteit van de leefomgeving van dezelfde burgers. Dit betekent dat de productie en consumptie, die het bereiken van een voor iedereen ‘toereikende levensstandaard’ vergt, moet passen binnen (dus niet ten koste mogen gaan van) de kwaliteit van de leefomgeving. In het navolgende gaan wij in op de artikelen 20 en 21.

Ga naar de inhoud